Na de hielprik onderzoekt een laboratorium het bloed van je baby. Is de uitslag van het bloedonderzoek afwijkend? Dan heeft je kind mogelijk een ernstige ziekte. Je huisarts neemt zo snel mogelijk contact met je op. 

Het is dan nog niet zeker dat je kind een ernstige ziekte heeft. Eerst is vervolgonderzoek in het ziekenhuis nodig. Pas daarna is duidelijk wat er precies aan de hand is. 
 

Wat houdt het vervolgonderzoek in?

Als vervolgonderzoek in het ziekenhuis nodig is, dan neemt de huisarts contact met je op. De huisarts stuurt je door naar het juiste ziekenhuis. 
Vaak is het van belang dat je binnen 48 uur met je kind dit ziekenhuis bezoekt.
In het ziekenhuis krijg je eerst een gesprek met de kinderarts. Daarna wordt je kind onderzocht. Je hoort wanneer je de uitslag van dit onderzoek krijgt. Het kan zijn dat je kind even in het ziekenhuis moet blijven.
Bekijk voor meer informatie de folder Extra onderzoek na de hielprik.

De uitslag van het vervolgonderzoek

  • Je kind heeft een ziekte
    Uit het vervolgonderzoek kan blijken dat je kind inderdaad een van de ziekten uit de hielprik heeft. De kinderarts zal uitleggen wat de ziekte inhoudt. Ook zal de arts je vertellen hoe de ziekte kan worden behandeld. Uiteraard kun je tijdens dit gesprek met de arts al je vragen stellen.

  • Je kind heeft geen ziekte
    Soms blijkt uit het vervolgonderzoek dat je kind geen van de ziekten uit de hielprik heeft. Ook al leek het hier eerst wel op. Maak je je toch zorgen? Neem dan contact op met je huisarts.

Tips voor in het ziekenhuis

  • Schrijf je vragen op, voordat je naar de kinderarts in het ziekenhuis gaat. Dat kan je helpen om in het gesprek alle informatie te krijgen die je wilt hebben.
  • Bedenk op welke vragen je in ieder geval een antwoord wilt hebben, zoals:
    - Om welke ziekte gaat het?
    - Welke behandeling is mogelijk? 
    - Wat zijn de vooruitzichten? 
    - Waar moet ik op letten? 
    - Wat kan ik zelf doen? 
  • Vraag om duidelijke uitleg. Het is belangrijk dat je alle informatie goed begrijpt.
  • Twee horen meer dan één. Ga daarom samen met je partner of neem een ander vertrouwd persoon mee naar het ziekenhuis.