Let op: op 1 april verandert de NIPT
Vanaf 1 april noemen we de NIPT (niet-invasieve prenatale test ) een onderzoek naar chromosoomafwijkingen (dat was "een onderzoek naar down-, edwards- en patausyndroom"). Ook vervalt de keuze voor nevenbevindingen. Op deze website staat de informatie over de NIPT per 1 april 2025.
Wil je iets weten over de NIPT tot 1 april 2025? Bekijk dan de folder (versie oktober 2024). Jouw verloskundige kan je ook meer vertellen.
De uitslag van de NIPT (niet-invasieve prenatale test ) krijg je binnen 10 dagen.
Uitslagmogelijkheden
Je kunt deze uitslagen krijgen:
Er is geen aanwijzing voor een chromosoomafwijking
De uitslag is niet-afwijkend
Ongeveer 993 van de 1.000 zwangeren krijgen deze uitslag. Deze uitslag klopt bijna altijd. De kans is klein dat je zwanger bent van een kind met een chromosoomafwijking. Minder dan 1 op de 1.000 vrouwen is toch zwanger van een kind met een van deze aandoeningen. Vervolgonderzoek is niet nodig.
Er is een aanwijzing voor een chromosoomafwijking
De uitslag is afwijkend
Ongeveer 7 van de 1.000 zwangeren krijgen deze uitslag. Je bent mogelijk zwanger van een kind met een chromosoomafwijking. Er zijn dan twee mogelijkheden:
- Er is een aanwijzing voor down-, edwards- of patausyndroom.
Je wordt gebeld door je counselor (dat is meestal je verloskundige). De uitslag geeft aan welke van de drie aandoeningen je kind mogelijk heeft. - Er is een aanwijzing voor een andere chromosoomafwijking.
Je wordt gebeld door een arts (klinisch geneticus) van een Universitair Medisch Centrum. Je krijgt uitleg over wat er is gevonden en wat dit mogelijk voor jouw kind of jezelf betekent. Je krijgt een uitnodiging voor een gesprek waarin je meer informatie krijgt over de chromosoomafwijking en welk vervolgonderzoek je kunt krijgen.
Je kunt kiezen voor vervolgonderzoek om zekerheid te krijgen.
Aanwijzing voor downsyndroom
90 van de 100 zwangeren met de uitslag downsyndroom zijn inderdaad zwanger van een kind met downsyndroom.
10 van de 100 zwangeren met deze uitslag zijn niet zwanger van een kind met downsyndroom.
Aanwijzing voor edwardssyndroom
75 van de 100 zwangeren met deze uitslag zijn inderdaad zwanger van een kind met edwardssyndroom.
25 van de 100 zwangeren met deze uitslag zijn niet zwanger van een kind met edwardssyndroom.
Aanwijzing voor patausyndroom
50 van de 100 zwangeren met deze uitslag zijn inderdaad zwanger van een kind met patausyndroom.
50 van de 100 zwangeren met deze uitslag zijn niet zwanger van een kind met patausyndroom.
Aanwijzing voor een andere chromosoomafwijking
40 van de 100 zwangeren met deze uitslag zijn inderdaad zwanger van een kind met chromosoomafwijking.
60 van de 100 zwangeren met deze uitslag zijn niet zwanger van een kind met chromosoomafwijking.
De test is mislukt
Bij ongeveer 20 van de 1.000 vrouwen lukt de NIPT (niet-invasieve prenatale test ) niet en komt er geen uitslag. Dit kan verschillende redenen hebben. Als de NIPT bij jou mislukt is, kun je de test nog een keer laten doen. Daarvoor moet je opnieuw bloed af laten nemen. Bij ongeveer 4 van de 5 van de zwangeren lukt de NIPT dan alsnog.
Soms mislukt de NIPT ook de tweede keer. Dit kan verschillende redenen hebben. De reden staat in de uitslagbrief. Meestal komt het doordat er te weinig erfelijk materiaal (DNA (deoxyribonucleic acid ) ) van de placenta in het bloed van de moeder zit. Dit DNA is bijna altijd hetzelfde als dat van het kind en wordt onderzocht bij NIPT. Als de NIPT voor de tweede keer is mislukt omdat er in het laboratorium iets is misgegaan, kun je de NIPT nog een keer laten doen.
Bij zwangeren met ernstig overgewicht (obesitas) mislukt de test iets vaker en is de test ook iets minder betrouwbaar. In dat geval kun je een vruchtwaterpunctie laten doen. Hier zijn mogelijk wel kosten aan verbonden.
Jouw verloskundige of gynaecoloog zal jou verder adviseren.
Geeft de uitslag zekerheid?
Nee. De NIPT geeft geen zekerheid. Als je een niet-afwijkende uitslag krijgt, hoef je geen vervolgonderzoek laten doen. De kans dat jouw kind alsnog een chromosoomafwijking heeft is heel klein. Als je een afwijkende uitslag krijgt, kun je kiezen voor vervolgonderzoek om meer zekerheid te krijgen.
Hoe krijg ik de uitslag te horen?
Dit verschilt per verloskundige, gynaecoloog en/of ziekenhuis. Je wordt hier vóór het onderzoek over geïnformeerd.